Het eren van de Noachieden

Geschreven door Joel von Schükkmann

Volgens de Joodse traditie word een mens dat zich houdt aan de universele morele levenswijze van de Torah gezien als een persoon dat spiritueel gezien erg hoog staat. De Rambam zegt zelfs dat “Iemand die deze zeven geboden [de zeven Noachidische geboden] op zich neemt en accepteert en strict is in het houden ervan, gezien wordt als één van de ‘chassidei umos ha’olam’ – de rechtvaardigen onder de volkeren – en een deel heeft in olom haba [de volgende wereld]. – Hilchos Melachim 8:11.”

De Rambam voegt eraan toe dat de mensheid ook moet erkennen dat de zeven Noachidische geboden werden (her)bevestigd door het geven van de Torah bij Har Sinai [de berg Sinai]. De Talmoed in Sanhedrin 59a leert ons dat een niet-Jood die de Torah bestudeert – om de Noachidische levensweg te bestuderen – wordt gezien als een Koheen Gadol, een hoge priester. De Meiri, een groot commentator op de Talmoed, wijst ons erop dat wij deze mensen moeten eren zoals we de Koheen Gadol zouden eren. Op deze wijze komen wij dan bij de volgende les dat wij kunnen leren uit Sefer Chassidim over een niet-Jood die er ijverig in is om zich te houden aan het houden van de regels en principes van de Bnei Noach, “Eer hem meer dan je een Jood zou eren die geen Torah bestudeerd,” Sefer Chassidim 358.

De Meiri – die ik bovenstaand al aanhaalde – voegt er ook aan toe dat de meeste principes van de Torah ook binnen de sheva mitzvos shel Bnei Noach – de zeven geboden van de kinderen van Noach – te vinden zijn. Hij gaat hier echter niet verder op in, maar wanneer we de Noachidische geboden zelf beter bekijken, vinden we inderdaad de basis principes van de Torah.

Bijvoorbeeld, binnen het verbod op avodah zarah (afgoderij), vinden we niet alleen het concept van de eenheid van de Schepper, maar ook het gerelateerde concept van de eenheid van de schepping zelf. Want het verheerlijken van elk fragment, elk stukje van de schepping – of het een aspect van de natuur is, een mens, dier, natie, of de mensheid zelf is – kan er voor zorgen dat mensen hun bewustzijn van de eenheid en oorsprong van de gehele schepping verliezen.
Rabbijn Avraham Yaffen legt dit verder uit in één van zijn werken over Avraham Avinu en zijn liefde voor de gehele mensheid.

Het is precies hij (Avraham), die zijn leven wijdde aan daden van naastenliefde, die ook een groot Zeloot was, die zijn leven wijdde aan het verwerpen van afgoderij in zijn generatie. De reden hiervoor kunnen wij zo begrijpen: “Afgoderij is gebaseerd op de aanname dat de verschillende krachten in de wereld van elkaar gescheiden zijn. Waardoor elk mens ook gescheiden – apart – was van zijn medemens. Daarom, vond Avraham Avinu geen betere strategie om deze verkeerde aanname uit de wereld te helpen dan door daden van naastenliefde. Door dit te doen, versterkte hij de spirituele band die mensen samen brengt en houdt.”

Rabbijn Yaffen schrijft later dat wanneer Avraham mensen van zijn generatie zag ruziën of vechten, en elk van hen zou offers brengen naar zijn eigen g-d om ‘zijn’ steun te verkrijgen in zijn strijd tegen – bijvoorbeeld – zijn buurman. Avraham hen beide leerde dat in de tegenstelling tot wat zij aan het doen waren, zij elkaar moesten helpen want “één G-d heeft hen geschapen en verlangt de eer en respect van hen allemaal.”

Moge we elkaar allemaal de eer geven zoals Avraham Avinu ons dat leerde.

© Joel van Schükkmann voor FAQ-online 2008