Tefillot/gebeden voor Bne Noach

Geschreven en vertaald door de redactie.

Inleiding

Op de vraag aan rabbijn Sprecher of Noachieden verplicht zijn om een zegenspreuk/ broches uit te spreken voor het eten, was het antwoordt: “Voor Noachieden is het niet verplicht, maar als degene het doet, dan zijn dit extra beloning in Olam Haba (Toekomende Wereld)”. In de Traktaat Berahot 35a staat dat de verplichting om G’d te zegenen ten goede komt en heilzaam is voor degene die het ontvangt dat Hij schenkt aan de wereld. Er staat daar: “het is een logische plicht voor een persoon, zelfs als die persoon niet direct de opdracht van G’d heeft gekregen. “ Volgens deze logica, zal men G’d moeten zegenen.

Ook volgens het citaat van Rabbi Sa’adia Gaon in Or Same’ah Hilhot Tefillah ch. 1 staat dat bidden/dawnen wel een logische verplichting is.

In de Divine code, geschreven door rabbijn Moshe Weiner, staat dat de bne Noach verplicht is om naar zijn vermogen proberen te begrijpen wat de 7 wetten inhouden (hoofdstuk 5), waarvan één gebod godslastering is. Door te dawnen/bidden wordt je bewust dat G’d over de gehele schepping controle heeft en ontwikkel je liefde en ontzag voor Schepper. Tevens is bidden ook voedsel voor je ziel, zoals je lichaam voedsel nodig hebt.

Naast dat je de verplichting hebt om de Schepper te erkennen, moet een persoon ook vertrouwen (emoena) hebben in de Schepper. Iemand moet volledig vertrouwen hebben dat G’d betrokken is met hem/haar en de gehele schepping. En dat wat G’d doet, goed is voor de persoon, omdat G’d goed is. Eén aspect van dit vertrouwen is dat elk gebod van G’d is, dat ten eerste goed is voor de persoon aan wie het geboden is en goed is voor de gehele wereld. Door te bidden leert een persoon dat er niks meer waarde heeft dan enkel te vertrouwen op de Enige G’d, Die Koning is over het gehele universum, zoals Abraham de naties van de wereld leerde. (Laws of the Worship of Star [ and Idols] 1:3)