Antisemitisme en Antizionisme

Geschreven door Dayan mr. drs. R. Evers

Bij de sjioer Antisemitisme en Antizionisme op mp3 hoort het volgende document:

Behalve een fysieke bedreiging, vormt antisemitisme voor het Joodse volk ook een psychische bedreiging. Weinigen ontkomen aan de invloed van de demoniseren van de eigen groep, van de haatformules, het afbreken van zelfrespect, het gevoel dat je buren, je collega’s, je klanten of leveranciers je aankijken op wat je wel of niet op je kerfstof zou hebben omdat je Joods bent. Ondanks alle “vooruitgang” blijken de vooroordelen over Joden en het stereotypische beeld dat de meeste mensen hebben, steeds weer de kop op steken. Andere negatieve reacties zijn selbsthass, oftewel antisemitisme. Een groep Duitse Joden in de dertiger haren had de leuze “Heraus mit uns”. Ook ziet men nogal eens identificatie met de onderdrukker optreden, zoals de kapo’s in de concentratiekampen. Soms ontvlucht men het Jodendom door een ander geloof aan te nemen.

Bronnen van het antisemitisme zijn:

Religieus. Vanuit het christendom of de islam. Wel waren de meningen van de christenen na de oorlog scherp gedraaid, maar dat neemt al weer sterk af.
Economisch. Joden zijn kennelijk vaak goed in staat door hard te werken in hun levensonderhoud te kunnen voorzien. Desondanks was ca. 80% van de vooroorlogse Amsterdamse Joden een arbeider en leefden op financieel gebied niet in benijdenswaardige omstandigheden.
Sociaal. Het is een sociaal vooroordeel, dus betreffende een bepaalde groep, en is gekenmerkt door bepaalde stereotypen; vaste typeringen. Stereotypen kunnen mensen uit zeer verschillende bevolkingsgroepen samenbrengen. Joden kleden zich soms een beetje anders, zij hebben andere gewoonten en een beetje andere mentaliteit dan de meerderheid. Naarmate het antisemitisme sterker is, is de neiging onder elkaar te blijven groter en de afkeer van de meerderheidsgroep voor de minderheidsgroep navenant.
Minderwaardigheidsgevoelens. We zouden een hogere intelligentie hebben (dit zei een Joodse hoogleraar in de psychologie mij eens). Wellicht is dit te danken aan de neiging van Joden die hun kinderen op jonge leeftijd aan het leren zetten. Ik weet niet of dit wetenschappelijk bewezen is. Noch of de aanleg doorslaggevend is. Er is een belangrijke erfelijke factor. Wel mag het opvallend heten dat er zoveel Joden onder de Nobelprijswinnaars te vinden zijn. Vooral gezien het geringe percentage Joden op de wereldbevolking.
Racisme. Joden zijn een inferieur ras.
Xenofobie. Angst voor het vreemde.
Politiek Israel. Israëls optreden wordt door vele aangegrepen om hun antisemitistische gevoelens te rechtvaardigen. Onder de doorkijkblouse van het antisemitisme wordt het anti-Israël – oftewel anti-Zionisme – aan de man/vrouw gebracht.
Dit is een nieuwe variant op het antisemitisme.

Antisemitische opmerkingen:

Jullie hebben Joske of zelfs G’d vermoord.
Joden zijn sluw, hebzuchtig, bedriegers.
Joden willen de wereldmacht.
Zij (Joden) hebben toch maar weer de beste plaatsen in het bedrijfsleven en in de regering.
De Joodse lobby beïnvloedt…
Joden zijn (te) intelligent (= in feite jaloezie).
Brillenjood, voddenjood, Jodenfooi, Jodenstreek.
Enkele uitgangspunten:

Wie een ander naar beneden trapt, stijgt zelf in waardering, aanzien, etc.
Antisemitisme kan al vanaf jongs af aan overgedragen worden. Jong leren beklijft het sterkst.
Verandering van attitude vergt veel tijd en toewijding.

© Dayaan mr. drs. R. Evers 2009
Jewish Indentity Day