Bnei Noach (de Noachieden)

De zeven Noachidische geboden en de Sefirot
Elk van deze zeven geboden bezitten een innerlijke dementie. Dat zijn de zeven principes van geloof en Heilige dienst aan de Eeuwige, gezegend is Zijn naam. De tikun of ‘correctie’ van de wereld is afhankelijk van de houding van de niet-Jood tegenover de Jood. Een niet-Jood kan niet rechtvaardig zijn als hij geen binding heeft met het Joodse volk, zelfs niet als hij heel erg veel goede daden doet, en verder een geweldig karakter heeft.
Als een niet-Jood’ Joden haat en zelfs gezworen heeft hen te vernietigen. Dan beschouwt de Torah hem als een deel van Amalek, de aartsvijand van Israël. Het Joodse volk heeft een gebod gekregen in Sinai om Amalek te vernietigen. Wanneer een niet-Jood maar enige genegenheid voelt voor het Joodse volk, krijgt hij inspiratie van de bron en de ziel van Israël. Hij wordt gemotiveerd om in alle opzichten een goed persoon te worden, en wijd zijn leven aan de dienst van G’d. De verbetering van de niet Joodse wereld over het algemeen, hangt af van de inspiratie en het inzicht dat ze (de goyim) o­ntvangen van het Joodse volk in haar rol als “een natie van priesters.”

Iemand kan echter altijd een stukje goeds van iets verkeerds halen. De grootste niet-Joodse religie van het Westen gelooft in een individuele Jood, en aanbidt hem als G’d. Dit is weliswaar in tegenspraak met de Noachidische geboden, maar hier zit ook een goed element in. De werkelijke verbetering van de niet-Joodse wereld zal komen als men het heilige doel van elke Jood erkent. De wereld zal dan de heerschappij van het koninkrijk des Hemels erkennen, zoals in de Torah is uitgedrukt.

De functie van de zeven spirituele principes is om het bewustzijn van de niet-Jood naar een hoger niveau te brengen. Samen met dat komt ook een grotere mogelijkheid om zijn vrije wil uit te drukken. Alle zeven geboden staan voor een bepaalde eigenschap van de ziel – liefde, macht, schoonheid, overwinning, pracht, grondlegging en koninkrijk, en bezitten een innerlijke dementie. Dit zijn (resp.): liefde, vrees, genade, vertrouwen, oprechtheid, waarheid, en nederigheid.

Zoals ik al zei corresponderen de zeven Noachidische geboden op de zeven eigenschappen van de ziel. Die op hun beurt weer corresponderen met zeven grote / belangrijke lichaamsdelen.

Sefira

Gebod

Lichaamsdeel

Chesed – “liefde”

Verbod op overspel / seksuele immoraliteit

Rechter arm

Gevurah – “macht”

Verbod op moord

Linker arm

Tiferet – schoonheid

Verbod op diefstal

De torso

Netzach – “overwinning,” “eeuwgheid”

Verbod op afgoderij

Rechter been

Hod – “pracht,” “erkenning”

Verbod op blasfemie

Linker been

Yesod – “grondlegging”

Verbod op het eten van vlees van een levend dier, of drinken van zijn bloed.

Oorgaan van voortplanting

Malchut – “koninkrijk”

Aanstellen van een gerechtsysteem

De Mond

Dat overspel / seksuele immoraliteit een daad van perverse ‘liefde’ en moord een daad van misplaatste macht is, is overduidelijk. Diefstal is een misplaatste vorm van ‘schoonheid,’ omdat het ‘schoon’ de aanleiding is voor de dief om te stelen. Werkelijk geloof en vertrouwen in G’d representeert de overwinning van de mens over kwaad, en de poort naar de eeuwigheid. De perverse kant van geloof is afgoderij. Blasfemie, is de partner van afgoderij, en is een misplaatste vorm van erkenning en dank naar G’d toe. Terwijl de eerste vijf en het laatste gebod van de Noachidische geboden aan Adam waren gegeven tijdens de aanvang van de schepping, werd het zesde gebod aan Noach gegeven na de vloed. De Torah noemt Noach een tsaddiek, de grondlegger (yesod) van zijn generatie. De eerste tien generaties van de mensheid waren geboden om vegetariërs te zijn. Na de vloed stond G’d Noach en zijn nageslacht toe om over het algemeen dierenvlees te eten. Maar Hij verbood hen om geamputeerde lichaamsdelen van een levend dier te eten, of bloed van een levend dier te drinken.

Het zevende gebod is – zoals de rabbijnen het uitleggen – het enige positieve gebod. Het is het gebod om een rechts systeem met rechters aan te stellen. Om recht te spreken over hen die de andere zes hadden geschonden. Dit gebod correspondeert weer met de kracht van Malchut (koninkrijk), want de wet is de grondlegging van elk koninkrijk. Zoals o­nze geleerden, van gezegende nagedachtenis, zeggen “De wet van het koninkrijk, is de wet om te gehoorzamen.” Alle andere “krachten” van de ziel komen uit bij Malchut. Zoals het gezegd is “Alle rivieren (de zes ‘krachten’) vloeien in de zee (malchut).” In het lichaam van de mens, correspondeert “Malchut” met de mond, wiens functie is om de maatschappij te leiden.

Wanneer we deze zeven geboden op een rij zetten in de volgorde van de levensboom komen we uit op:

Gevurah
“Macht”
Moord

Chesed
“liefde”
seksuele immoraliteit

Tiferet
“pracht”
Diefstal

Hod
“eeuwigheid”
Blasfemie

Netzach
“Overwinning”
Afgoderij

Yesod
“grondlegging”
Eten van geamputeerde lichaamsdelen, drinken bloed levend dier.

Malchut
“Koninkrijk”
Aanstellen van een rechtssysteem