Het leven van Mosje ben Maimonides (RaMBaM)

G’ds aandacht, voorzienigheid en onze reactie daarop

De een gelooft in toeval. De ander in een gedeeltelijke voorzienigheid vooral op groepsniveau, dus niet op individualistisch niveau. Ook zijn er mensen die geloven dat alles onder G’ds voorzienigheid valt en zo danig dat alles tot in de puntjes is geregeld. Het lijkt als of wij een vrije wil hebben, maar dat zou niet zo zijn. Weer een andere groep denkt dat de wereld door Hasjem rechtvaardig wordt geleid, maar de mens heeft een vrije wil zolang Hasjem dit wenst. Rampen en dergelijke is voor “het goede doel” voor een fijn toekomstig leven.

De Joden denken er anders over. De mens heeft een vrije wil. Hasjem leidt de wereld rechtvaardig. In overeenstemming met zijn daden, geeft Hasjem de mens beloning of straf. Zijn beleid is onvoorzienbaar endaardoor onbeoordeelbaar.
Ons lot ligt niet vast, is ook geen (G’ddelijke) willekeur of toevalligheid. Door ons eigen gedrag wordt ons lot bepaald en is indirect afhankelijk van Zijn beleid en voorzienigheid. Dieren en planten hebben geen vrije wil en daarom ook niet verantwoordelijk en daarom is hun lot niet afhankelijk van hun gedrag. Zij vallen rechtstreeks onder Zijn zorg (Tehilliem/Ps. 147:9).

Voorzienigheid van Hasjem is niet gelijk. Hoe meer je tot Hem richt, hoe meer je van Zijn aandacht profiteert. Onverantwoordelijke mensen vallen slechts deel aan Zijn algemene Voorzienigheid, zoals de dieren: Degene die praalt zonder dieper besef te tonen wordt gelijk gesteld aan de dieren en de ogen van Hasjem zijn gericht op de verantwoordelijken en Zijn oren op hun geschrei (Tehilliem/Ps. 49:21; 34:16). Dit geldt zowel voor de individuelen als voor gemeenschappen.

Vandaar dat de RaMBaM niet eens is dat de gedragsnormen die de Tora ons oplegt geen gevolgen zouden hebben, zoals veel mensen menen. De Tora leert namelijk dat Hasjem ons wetten en rechtsnormen aanleert waardoor wij wijzer en een dieper besef van onze gedragen krijgen (Dewariem/Deut. 4:5 en 6). De Toraregels geeft de zin van ons gedrag naar Hasjem en naar onze medemens. Je – als voorbeeld – leert de omgeving hoe jij je verantwoordelijk moet gedragen en hoe je tot bepaalde waarheden kun doordringen. M.a.w. de gedragsnormen van de Tora ligt niet alleen op een religieus-filosofisch terrein, maar ook op het sociale. De volmaakte mens is dan ook degene die ernaar streeft zo zijn leven in te delen naar de wegen hoe Hasjem voor de mens bestemd en bepaald heeft.

G’d is nabij voor iedere die Hem roept. Indien men zich in oprechtheid tot Hem wendt. Hij wordt gevonden door iedere vorser die Hem zoekt, als deze rechte weg gaat en niet afdwaalt. De RaMBaM